Classics To Go | 12 oktober 2017

Sterk verhaal Tsjaikovski’s heimwee

De Russische componist Pjotr Ilitsj Tsjaikovski was bevriend met de violist Adolf Brodsky en zijn vrouw, die in Berlijn woonden. ‘Als hij in Duitsland was, stuurde hij ons vaak een telegram’, schreef mevrouw Brodsky. ‘Daarin stond doorgaans: “Ik kom bij jullie op bezoek. Hou het geheim.” We wisten wat dat betekende: de uitputting en heimwee kreeg hem in de greep, en hij had vrienden nodig.’
Op een dag kwam Tsjaikovski in huize Brodsky aan vlak voor het diner. Na het eten trok hij zich terug in de muziekkamer en staarde voor zich uit, leunend met zijn hoofd op zijn hand, zoals zijn gewoonte was. Stil slopen de leden van het Brodsky Kwartet naar binnen, gingen zitten en speelden zijn Derde Strijkkwartet. Tsjaikovski ontwaakte verrukt uit zijn nostalgie. ‘Ik zag tranen over zijn wangen stromen’, schreef Anna Brodsky. ‘Na afloop ging hij van de ene naar de andere strijker om hem keer op keer zijn dankbaarheid te tonen. Toen keerde hij zich naar mijn man en zei, op de hem zo kinderlijke wijze: “Ik wist niet dat ik zo’n mooi strijkkwartet had geschreven. Ik hield nooit van het slotdeel, maar nu besef ik dat het echt goed is.”’