Album van de week Sjostakovitsj versus Stalin

Andris Nelsons
Andris Nelsons © Marco Borggreve / DG

Van een gevierd sovjet-componist veranderde Dmitri Sjostakovitsj van de ene op de andere dag in ‘een vijand van de staat’. Zes symfonieën schreef hij in de angstige jaren onder dictator Jozef Stalin. Dirigent Andris Nelsons en zijn Boston Symphony Orchestra nemen ze allemaal op. De Tiende is de eerste.

Lady MacBeth werd ook Sjostakovitsj noodlottig

In de schaduw van Stalin noemt Nelsons het symfonische verhaal dat hij de komende tijd in drie cd’s zal vertellen. En aan het begin daarvan staat de duistere Passacaglia uit de Sjostakovitsj-opera Lady MacBeth van Mtsensk. Daarin ontdekt de jonge Katerina Izmajlova – de verveelde en verwaarloosde echtgenote van een oudere handelsreiziger – de ‘ware’ liefde bij de knecht Sergei. Om dat sprookje in stand te houden, pleegt ze de ene moord na de andere. In de Passacaglia schetst het orkest de atmosfeer nadat Katerina voor het eerst de fatale grens van de dood passeert het vergiftigen van haar schoonvader.

Sjostakovitsj baseerde zijn opera op een novelle van Nikolaj Leskov. Na de première in 1934 vierde de opera twee jaar lang grote triomfen. Hoewel duister en nihilistisch ging het verhaal tenslotte ook over een onderdrukte groep die hun rijke meesters het verdiende loon gaven – een boodschap die aansloot bij het communistische gedachtegoed. Maar de muziek waarmee dat gepaard ging, kon dictator Stalin uiteindelijk niet bekoren. In 1936 verscheen er een artikel in de partijkrant Pravda, onder de titel ‘Chaos in plaats van muziek’. En vanaf dat moment was Sjostakovitsj aangeschoten wild, een man die dag en nacht moest vrezen voor de klop op de deur, voor de dood of deportatie naar een strafkamp in Siberië. De angst sloop de zijn muziek binnen. En die zou daar blijven ook na Stalins dood zeventien jaar later.

Alsof hij in de Tiende roept: ‘Jij bent dood, maar ik leef nog’

shostakovich bostonDe Letse dirigent Andris Nelsons kwam ter wereld in de Sovjet-Unie in 1978, drie jaar na Sjostakovitsj’ dood. ‘Een leven zonder zijn muziek zou ik me niet kunnen voorstellen’, zegt hij. ‘Ik studeerde in zijn geboortestad Sint-Petersburg. Maar ik voel me ook verwant met zijn karakter. Sjostakovitsj was op een kinderlijke manier verlegen, net als ik. Ik kan niet uitleggen waarom ik zo’n innige band koester met zijn muziek, maar ik heb het gevoel dat ik hem ken, op een mystieke manier’, legt Nelsons uit.
Wat de dirigent fascineerde, was hoe Sjostakovitsj als componist overeind bleef in zijn ingewikkelde verhouding met dictator Stalin, die aan een zwijgende hoofdknik genoeg zou hebben om hem naar het schavot te sturen. Zes symfonieën schreef hij, in de zeventien jaren waarover de schaduw van Stalin hing. Het begon met de Vijfde, die Sjostakovitsj als ondertitel meegaf: ‘Het antwoord van een Sovjet-kunstenaar op terechte kritiek.’ Het leverde de componist gedeeltelijke rehabilitatie op, maar Sjostakovitsj besefte dat die welwillendheid van de ene op de andere dag weer zou kunnen omslaan in afkeuring.
Nelsons markeert op zijn eerste album als nieuwe chef-dirigent van het Boston Symphony Orchestra het begin en het einde van de strijd der geesten tussen Sjostakovitsj en Stalin: het symbool van zijn ongenade – de Passacaglia uit Lady MacBeth – staat tegenover de Tiende Symfonie, waarvan de voltooiing samenviel met de dictators dood. In die symfonie komen regelmatig de noten D-Es-C-B voor, die de initialen van Sjostakovitsj naam vormen: D-S-C-H. ‘Alsof Sjostakovitsj het Stalin nog even wilde inwrijven’, zegt Nelsons. ‘Jij bent dood, maar ik leef nog!’

‘Wij spreken dezelfde taal – wij begrijpen elkaar’

Begin april begon de 36-jarige Andris Nelsons als chef van het Boston Symphony Orchestra, dat een viertal min of meer stuurloze jaren kende na het vertrek van James Levine. ‘Het orkest schreeuwde om leiderschap’, schreef The New York Times, toen Nelsons en Boston half april Sjostakovitsj’ Tiende ten gehore brachten in een uitverkocht Carnegie Hall. En leiderschap kreeg het met de Let. ‘Nelsons brengt jeugdige energie en charisma’, vond NYT, ‘met als hoogtepunt de Tiende Sjostakovitsj’, die hij vier dagen eerder met het orkest live had opgenomen in Boston.
Begin deze maand verlengde Nelsons zijn contract in Boston tot 2022. ‘Hun huwelijksreis was een succes’, schreven de Amerikaanse media. ‘En de flirt met een overzeese buitenechtelijke minnaar eindigde zonder overspel, zodat ze hun beloften konden vernieuwen.’ Nelsons wed genoemd als eventuele opvolger van Simon Rattle bij de Berliner Philharmoniker, een baan die uiteindelijk aan Kirill Petrenko toeviel. Als Nelsons een serieus kandidaat was, ligt het voor de hand dat hij zelf van Berlijn heeft afgezien. Na ondertekening van zijn nieuwe contract in Boston zei hij over zijn nieuwe orkest: ‘Wij spreken dezelfde taal – we begrijpen elkaar.’
In Berlijn gaat het om onderhoud. In Boston kan Nelsons bouwen. En de opname van Sjostakovitsj belooft veel goeds voor de komende jaren.


muziek-en-oorlog_gettyimages_universalimagesgroup_152235799_446x446_220x220Lees en luister ook