Muziek en Muziekconcoursen

© Woiciech Grzędziński / The Fryderyk Chopin Institute

‘Wedstrijden zijn voor paarden, niet voor kunstenaars,’ zei Béla Bartók. Toch floreren concoursen al geruime tijd in het muzieklandschap: als oefening voor het echte musicerende leven, maar ook als opstap naar het grote podium. Maar veelbelovende talenten zijn niet de enigen voor wie de muziekwedstrijd van belang is.

De eerste stap

Een muziekconcours is werkelijk een unieke plek. Een plek die bruist van verwachting, hoop en uiteraard ook de nodige zenuwen. Alles tijdens een concours is in beweging. Achter de schermen zwermen gespannen ouders rond hun kind; de vingers worden gewreven en de stembanden opgewarmd. Ook in de zaal borrelt er leven: daar kijken publiek en jury immers verwachtingsvol uit naar de volgende kandidaat. Zal alles goed gaan of worden er fouten gemaakt? En de hamvraag blijft natuurlijk: wie valt er in de prijzen? Dat is ook zeker niet onbelangrijk. Naast het prijzengeld kan het winnen van een concours het moment zijn waarop de carrière van een jonge musicus begint. De voorbeelden zijn legio. Denk bijvoorbeeld aan Lucie Horsch. De blokfluitiste won op jonge leeftijd de Concertgebouw Young Talent Award. Inmiddels, slechts vier jaar later, heeft ze een platencontract bij Decca Classics en haar eerste alom geprezen album op haar naam staan, waarmee ze zelfs een Edison Klassiek in de wacht sleepte. Een andere jonge hond die door een concours in de schijnwerpers kwam te staan, is de Britse cellist Sheku Kanneh-Mason. Sinds zijn overwinning in 2016 op het BBC Young Musician-concours ligt de muziekwereld aan zijn voeten. En wat te denken van de succesvolle harpist Remy van Kesteren? Op zijn na op jonge leeftijd het Prinses Christina Concours te hebben gewonnen, ontving hij ook de eerste prijs in de US International Harp Competition en de prestigieuze Nederlandse Muziekprijs.

De wereld van de concoursen

Maar niet alleen voor de jonge musici is een concours van belang, ook de volwassen docent is gebaat bij een mooie uitslag. Wint de leerling, dan wint de docent in naam. Met alle positieve gevolgen van dien: meer aanzien als docent betekent meer leerlingen en hoger lesgeld. Voor goede docenten is dat slechts een prettige bijzaak; anderen zijn helaas soms iets té gericht op hun eigen glorie en zege. Dat heeft voor sommige musici het concours in een kwaad daglicht gezet. Zij zien de concoursindustrie als een afleiding van de ware zaak: de muziek, of het zo goed mogelijk musiceren. Puristen zetten zelfs vraagtekens bij het hele fenomeen: is zoiets persoonlijks, zoiets subjectiefs als kunst überhaupt wel te beoordelen? De oude Grieken hadden er in ieder geval geen moeite mee. Op de Olympische Spelen stond muziek steevast op het programma. De zangers met de mooiste melodie of stem konden, net als de sporthelden, rekenen op een prijs. Het muziekconcours bleef ook later in de geschiedenis een terugkerend fenomeen. Troubadours en andere rondtrekkende musici toonden in de middeleeuwen hun kunsten om daarmee een prijs in de wacht te slepen. Het concours is daarmee van alle tijden en verweven met de (klassieke) muziek. Componisten als Berlioz en Gounod wonnen bijvoorbeeld de prestigieuze Prix de Rome; violist Gidon Kremer en pianist Daniil Trifonov danken hun vliegende start misschien wel in grote mate aan het International Tchaikovsky Competition. En tijdens het beroemde Chopin Concours in Warschau heeft de carriere van vele groten in de pianowereld een vlucht genomen, waaronder pianisten als Maurizio Pollini, Martha Argerich, Krystian Zimerman en bij de laatste editie de jonge Koreaanse pianist Seong-Jin Cho.

Na het applaus

In Nederland kunnen jonge musici hun hart ophalen wat betreft concoursen: klein als ons land is, is het rijkelijk voorzien van concoursen. De Concertgebouw Young Talent Award, het Prinses Christina Concours, de Nederlandse Muziekprijs en het Nederlands Vioolconcours, een koepelorganisatie bestaande uit meerdere concoursen waarvan het Oskar Back-vioolconcours een van de bekendste is.

Met zoveel wedstrijden rijst al snel de vraag: waarom al die concoursen? Natuurlijk, leerlingen en docenten hebben er baat bij, maar er is nog een reden waarom concoursen zo profijtelijk zijn. Wanneer de winnaars zijn gekozen, de bloemen zijn uitgedeeld en het applaus is verstomd, komen programmeurs, talentenscouts en andere captains of industry in actie. Voor hen zijn concoursen vijvers van veelbelovend talent waarin naar potentieel gevist kan worden. Wie kunnen ze mogelijk boeken in de concertzaal, of wie zou in de toekomst een mooi album kunnen maken? Kortom: wie moeten ze in de gaten houden? Het succes van de winnaar is dus tweeledig. Naast de jonge honden, de docenten én het publiek – deze mogen immers van prachtige muziek genieten – heeft ook de muziekwereld er baat bij. Een concours is daarmee vaak het begin, of vooruitzicht, op een wederzijdse samenwerking tussen musici en industrie. Soms komt zo’n samenwerking vrijwel meteen van de grond, of is zelfs deel van het concours. Een mooi voorbeeld is de Van Cliburn Competition. Toen Yekwon Sunwoo in 2017 de prestigieuze prijs won, mocht hij ook meteen een album bij het gerenommeerde label Decca maken. Laten we dus vooral de mensen achter de schermen niet vergeten! Want ook zij maken het concours tot wat het is: een vijver van talent, een bron van kansen, het begin van carrières – een werkelijk unieke plek.


Aanbevolen opnamen


Lees en luister ook