Het meesterwerk Mozarts Requiem

Brandende kaarsen in kerk
© iStock

Een Requiem is per definitie een mysterieus werk, want het gaat over een reis waarvan we de bestemming niet kennen: de dood. Die van Mozart is de beroemdste en meest raadselachtige.

‘Een vreselijke ziekte en een ellendige dood’

mozartEr is veel gezegd en geschreven over de schepping van Mozarts Requiem. En elk tijdperk heeft er zijn eigen kijk op. Tegenwoordig doen musicologen hun best de verhalen er omheen te ontdoen van hun mythevorming. Halverwege de jaren vijftig van de vorige eeuw beschreef de Duitse biograaf Heinrich Eduard Jacob in zijn boek Mozart, mysterie en genade de totstandkoming van het Requiem als een thriller, waarin duistere krachten tegen de componist samenspanden in de laatste weken van zijn leven. Allereerst suggereert Jacob dat Mozart – op basis van geruchten die na diens dood de ronde deden in Wenen – een verhouding had met een zangeres uit zijn opera Die Zauberflöte. ‘Hij haalde zich door de omgang met haar een vreselijke ziekte op de hals en stierf kort daarna op ellendige wijze.’ Een week na de première van Die Zauberflöte vertrekt zijn vrouw Constanze naar het kuuroord Baden. ‘Een niet te verontschuldigen fout, dat ze nu haar echtgenoot alleen liet’, constateert Jacob. ‘Afgezien van de geldzorgen leed hij aan de zwaarste depressies.’

‘Hij dringt aan, hij verlangt het werk. Het uur slaat’

mozart-requiemDat had, vond Jacob, deels te maken met een onbekende bode die aan zijn deur verschenen was, met de opdracht voor een Requiem. We weten nu dat deze man gestuurd was door de graaf Franz von Walsegg. Hij wilde een dodenmis uitvoeren voor zijn jonggestorven vrouw, maar de muzikale amateur had een dubbele agenda. De bedoeling was dat Mozart de ghostwriter van dit Requiem werd, en dat Walsegg het voor zijn eigen compositie kon laten doorgaan. Mozart liet zich eerst opslokken door onder meer twee opera’s La clemenza di Tito in Praag en Die Zauberflöte. Nog tweemaal keerde de gemaskerde bode terug om aan te dringen. ‘De gedachte aan de onbekende besteller overprikkelde hem op een hoogste gevaarlijke manier’, schreef Jacob. In die tijd ontving Mozart vanuit Triëst een brief van Lorenzo da Ponte, de librettist met wie hij drie opera’s maakte. De Italiaan stelde hem voor samen naar Londen te reizen. Volgens Da Ponte antwoordde Mozart dat het ‘te laat was’ en sprak hij ook over de mysterieuze bode: ‘Ik zie hem onophoudelijk. Hij dringt aan, hij verlangt het werk. Het uur slaat.’ Mozart wierp zich vervolgens in oktober 1791 op dit Requiem, zo’n twee maanden voor zijn dood.

Süssmayr was verkeerde componist op de goede plek

Jacob romantiseerde de laatste dagen van Mozart. In zijn proza – bewonderd door de grote schrijver Thomas Mann – schetst hij de componist als een gekwelde ziek, verscheurd door de eenzaamheid en het noodlot. In een brief uit die periode aan zijn vrouw in Baden rijst het beeld op van een Mozart die lekker eet, vrolijk is en grappen uithaalt. Pas rond eind november – zo’n twee weken voor zijn dood –
mozart-sussmayrbelandt hij ziek in bed. En het besef dat hij wel eens zou kunnen sterven komt waarschijnlijk pas een paar dagen voordat hij op 5 december 1791 de geest geeft.
Anders is het nauwelijks te verklaren dat hij luttele uren voor zijn dood aan zijn slechtste leerling Franz Xaver Süssmayr koortsachtig uitlegt hoe het verder moet met het nog onvoltooide Requiem. Zou Mozart zijn dood langer voorvoelt hebben, daarover denken de meeste geschiedkundigen en musicologen hetzelfde, dan zou hij zeker een andere componist gekozen hebben voor deze laatste instructies. ‘Wat sta je daar weer als een eend in een donderstorm’, zei hij vaak tegen Süssmayr bij zijn lessen. ‘Zul je het ooit begrijpen?’ Het feit dat weduwe Constanze eerst andere componisten benaderde om het Requiem af te maken, duidt ook op weinig vertrouwen van de Mozarts in het talent van Süssmayr. Maar hij bleek op de avond van 4 december 1791 simpelweg de verkeerde componist op de goede plek: in het huis van een stervende meester.
Uiteindelijk keerde het werk terug bij Süssmayr: hij instrumenteerde de dodenmis, voltooide het Lacrimosa, waarvan Mozart maar acht maten schreef en componeerde zelf de ontbrekende delen: Sanctus, Benedictus, Agnus Dei en Communio.

Michael Haydn als inspiratiebron

michael haydn 220Over de aanpassingen van Süssmayr verschillen de meningen, al is iedereen het er wel over eens dat hij van de genialiteit van zijn leermeester geen greintje bezat. Het voltooien van Mozarts Mis was ook daarom een ondankbaar werk, niet voor niets gaven twee componisten deze opdracht terug voordat weduwe Constanze zich wendde tot Süssmayr, die zich vervolgens moest verdiepen in een geest die zoveel treden hoger dan hijzelf stond. Wat Mozart deed kon hij onmogelijk evenaren of verbeteren. Dat gold andersom wel. Mozart kon muziek van anderen verheffen. Dat is ook duidelijk juist in zijn Requiem te horen, want bij het componeren liet hij zich inspireren door een dodenmis die hij zo’n twintig jaar eerder, op 15-jarige leeftijd, hoorde in zijn geboortestad Salzburg.
Hofcomponist Michael Haydn, de jongere broer van Joseph, schreef dat werk ter nagedachtenis aan de net gestorven aartsbisschop Sigismund. Dit Requiem is het mooiste stuk dat de geschiedenis van deze Haydn bewaarde, het is wat men in de popmuziek een one hit wonder noemt. De rest van zijn omvangrijke oeuvre werd grotendeel vergeten. Michael Haydn kreeg veel kritiek van vader Leopold Mozart, vanwege zijn onmatige drankgebruik. Maar de beide Mozarts bewonderden zijn muziek, de jonge Wolfgang bestudeerde die en werkte aan het hof ook met hem samen. In Mozarts Requiem zijn veel net-niet citaten uit Michael Haydns dodenmis te vinden.

Een ongemeen dramatische mis

lka mozart requiemMozart wendde voor zijn Requiem alle kennis aan die hij in de loop der jaren verzamelde, met name over het theater. Het werk ontstond in een tijd dat de componist geheel opging in het componeren en uitvoeren van twee opera’s. En dat is duidelijk terug te horen. In één ervan, Die Zauberflöte, gaat het in een diepere zin ook over de mysteries van een andere wereld, over de strijd tussen het licht en de duisternis en aan het slot mogen beide geliefden door de poorten van de dood gaan en de tempel der wijsheid betreden. Het Requiem is een mengsel van allerlei stijlen, van het oude Gregoriaans tot de opera. Misschien dat het werk daarom ook zoveel mensen aanspreekt. Het is ongemeen dramatisch, een element dat bij veel kerkmuziek ontbreekt. Hier spreekt behalve het hoofd – de abstractie van de liturgie – ook het hart.


playlist-req-220x220Lees en luister ook