Legende Amadeus Quartet

© Reinhart Wolf / Deutsche Grammophon

Drie tieners die Wenen ontvluchtten voor de nazi’s vormden in Londen de kern van het Amadeus Quartet. Zeven decennia na hun debuut verzamelt Deutsche Grammophon alle opnamen in een jubileumbox met zeventig cd’s. Ooit werden hun Haydns, Mozarts en Beethovens afgedaan als achterhaald. Maar vandaag de dag hoor je hoe onterecht dat is.

‘We hebben elkaar ontmoet in de gevangenis’

amadeus quartetDe negentigjarige cellist Martin Lovett is nog de enige ‘overlevende’ van het beroemde Amadeus Quartet. ‘Er bestaat een grappige omschrijving van een strijkkwartet’, schrijft hij. ‘De primarius wil solist zijn, de tweede violist wil primarius zijn, de altist wil violist zijn en de cellist haat ze alle drie.’
Maar die definitie ging niet op voor Lovett. ‘Nee, ik hield van die andere drie. Die Weners waren als broers voor me.’ Drie ‘broers’ die al een bewogen leven achter zich hadden tegen de tijd dat ze – vlak na de Tweede Wereldoorlog – de toen negentienjarige Lovett leerden kennen.
Primarius Norbert Brainin (1923-2005) groeide op in Wenen, waar hij al in zijn puberteit beide ouders verloor. Zijn ooms namen de opvoeding verder op zich. Zij bezaten een bonthandel in Londen, de stad waar de familie ten slotte heen vluchtte na de annexatie van Oostenrijk door nazi-Duitsland. Brainin speelde voor vluchtelingen, en leek te beginnen aan een veelbelovende loopbaan als solist. Toen de oorlog eenmaal uitbrak, belandde hij eerst in een kamp voor ‘vijandige vreemdelingen’ ofwel immigranten uit het Duitse Rijk. Vervolgens werkte hij in een machinefabriek en gaf her en der kleine optredens. Na de oorlog koerste hij af op een solistenbestaan, maar kamermuziek kreeg hem in haar greep.
top-10-quartets-446Tijdens zijn internering in Engeland ontmoette Brainin een andere vluchteling uit Oostenrijk, de violist Peter Schidlof (1922-1987), met wie hij in het kamp in Prees Heath duetten speelde. Ook Schidlof was – als Jood – na de Anschluss uit Wenen gevlucht. In een volgend kamp op het Isle of Man ontmoette Schidlof nog een Weense violist, Siegmund Nissel (1922-2008), die in 1938 met het laatste kindervluchtelingentransport uit Oostenrijk was gekomen. Het moet pijnlijk zijn geweest dat de tieners – aan een zekere dood ontsnapt – in hun nieuwe vaderland in eerste instantie als vijanden werden behandeld. Zelf konden ze er later wel om lachen. Wanneer iemand vroeg hoe ze elkaar hadden ontmoet, antwoordden ze steevast: ‘In de gevangenis.’

De vier musici zagen elkaar vaker dan hun eigen vrouw

lk amadeus quartet boxNa de oorlog belandde het drietal – via de beroemde violist Carl Flesch – bij diens leerling, de pedagoog Max Rostal. Daar studeerde ook Suzanne Rozsa, wier toenmalige vriend, de Britse cellist Martin Lovett, het vierde lid van het Amadeus Quartet zou worden. Zeventig jaar geleden gaven ze hun eerste recital in de Londense Wigmore Hall. Dat jubileum bracht het platenlabel Deutsche Grammophon ertoe een cd-box met alle opnamen te maken. Zeventig cd’s met vooral het repertoire waarin het Amadeus uitblonk: de Eerste Weense School van Haydn, Mozart en Beethoven, met op enige afstand andere Weners zoals Schubert en Brahms. En uiteraard ook het door Benjamin Britten aan de vier opgedragen Derde Strijkkwartet.

lka amadeus quartet boekTweede violist Nissel, die een sterke band had met altist Schidlof, vergeleek de groep eens met een fles wijn: de primarius vormt het etiket, de cellist is de fles, en tweede violist en altist zijn de wijn zelf. De middenstemmen bepalen het karakter van de klank, de kwaliteit, de kleur en de smaak. In het Amadeus Quartet kwamen vier uitgesproken persoonlijkheden samen, wat betekende dat het er niet altijd zachtzinnig aan toeging. ‘Maar het gevoel dat elke vertolking je dichter bij de waarheid brengt, dat maakt alle ontberingen uiteindelijk de moeite waard’, vond Nissel.
De tweede violist werd beschouwd als ‘de oren’ van de groep, hij bedacht in 1947 de naam voor het kwartet, en ontpopte zich ook tot het organisatorische en financiële brein, met zijn echtgenote Muriel. Zij schreef er eind vorige eeuw het boek Married to the Amadeus: Life With a String Quartet over. De titel geeft weer hoe veeleisend het bestaan van kwartetmusicus is. Dikwijls wordt het vergeleken met een huwelijk. De musici zagen elkaar vaker dan hun eigen vrouw.

Diep in hun dna verborg zich de klank van het klassieke Wenen

lka amadeus huntDe Britse radioman John Amis – neef van romanschrijver Kingsley Amis – maakte het Amadeus Quartet al vanaf zijn beginjaren mee. ‘Ik kende de musici voordat het kwartet bestond, en ze nog in hun levensonderhoud voorzagen met spelen op feesten, of studeerden op Morley College waar componist Michael Tippett hen liet kennismaken met oude Britse meesters als Gibbons, Byrd en Purcell. Vlak na hun eerste – veelgeprezen – recital in Wigmore Hall kwamen ze naar mijn woning en speelden daar Mozarts Klarinetkwintet met de jonge Colin Davis. Door de jaren heen zag ik hoe de felle discussies plaats maakten voor gevoelens van onderlinge genegenheid. Soms vroeg ik me wel eens af of ze thuis ook zo empathisch waren.’
Veertig jaar lang speelde het Amadeus Quartet in dezelfde samenstelling. Problemen waren er, niet alleen onderling. Nissel bezat een broos lichaam. Begin jaren zestig moest er een hersentumor bij hem verwijderd worden en later kwam daar nog een hartoperatie bij. De grote kracht was de eenheid, vooral in de Weense klassieken. Drie van de vier musici groeiden op met de muziek van Haydn, Mozart en Beethoven in hun oren. Zij zwierven als kind door de straten, waar die grootheden wandelden in vervlogen tijden. Of ze wilden of niet, diep in hun dna verborg zich de verfijnde smaak en klank van Midden-Europa, een wereld die zich in hun jeugd op de rand van de vernietiging bevond.
Met Europa in puin groeide Londen vlak na de oorlog uit tot het centrum van de klassieke muziek. Veel musici hadden er hun toevlucht gevonden, dus de stad barstte van talent, en ook platenmaatschappijen betrokken er kantoren. Londen werd hun uitvalsbasis. Het Amadeus Quartet viel meteen op. Velen vergeleken hun speelstijl met de manier ‘waarop een zanger een lied van Schubert vertolkt’.

‘Democratie is meer dan het tellen van stemmen’

mozartPrimarius Brainin was temperamentvol, expressief en charismatisch. Tweede violist Nissel zette daar rust en redelijkheid tegenover. Altist Schidlof wist als geen ander de klanken van de andere kwartetleden te verbinden. ‘Geef Peter een sigarendoos’, zei Nissel eens, ‘en hij zou er een onvergelijkbare mooie toon uit toveren.’ Ze lieten solo-ambities voor wat ze waren. Ach, waarom zouden ze met vijftien tot twintig vioolconcerten – voor de cello nog minder – de wereld rondreizen als ze ook konden zwelgen in de honderden meesterwerken uit de kamermuziek?
Jarenlang was het Amadeus Quartet toonaangevend. Maar langzamerhand raakte hun romige en rijke Weens stijl uit de mode. Luisterend naar de vele opnamen in de cd-box vraag je je af waarom. Hun vertolkingen stralen van eenheid in verscheidenheid, van een grote warmte ook. Aan de ene buitenkant zit de bijna zoete toon van primarius Brainin, met daar tegenover de nuchtere baslijnen van cellist Lovett. En daartussen bloeien de middenstemmen. ‘Muziek moet vloeien als olie’, zei Mozart eens. En dat doen de noten in handen van het Amadeus Quartet. Je hoort vier sterke persoonlijkheden, die hun ego’s in dienst stellen van de muziek. ‘Democratie is meer dan het tellen van stemmen’, vond Brainin. ‘Voor musici die zich richten op een bestaan als strijkkwartet, is alles wat in die groep gebeurt een zaak van leven en dood: discussies over muziek maar ook persoonlijke aangelegenheden. Je moet meningsverschillen oplossen, anders gaat het niet.’

Na de dood van Schidlof gaven ze de traditie door

Door de zwakke gezondheid van Nissel hing het voortbestaan van het Amadeus Quartet soms aan een zijden draad. Het viertal besliste al bij de eerste crisis – Nissels hersentumor begin jaren zestig – dat er geen sprake kon zijn van het doorgaan met vervangers. Als een van hen zou sterven of stoppen, betekende dat het einde van het kwartet. Dat gebeurde in 1987, na zo’n veertig jaar, toen Schidlof onverwachts bezweek aan een hartaanval.
Daarna gaf het overgebleven drietal zijn ervaringen door aan jonge generaties, onder meer tijdens een jaarlijkse zomercursus. Daar kwamen hun verschillende muzikale inzichten soms aan de oppervlakte, zegt Alexander Pavlovsky, eerste violist van het Jerusalem Quartet. ‘Dan kregen we bijvoorbeeld les van Brainin over Mozart. Speelden we de dag daarna bij Nissel, die vervolgens bromde: “Van wie hebben jullie die onzin nou weer geleerd.” Het was grappig om te merken hoezeer ze hun eigen uiteenlopende opvattingen hadden, maar hoe die toch konden samensmelten in het Amadeus Quartet.’


ss-jussens-vk_220x220Lees en luister ook