Album van de week De terugkeer van Zimerman
Dertig jaar langs reisde Krystian Zimerman langs de concertzalen met de laatste twee Pianosonates van Schubert. Maar hij durfde ze nooit op te nemen. Tot nu. ‘Met mijn zestigste verjaardag in aantocht vreesde ik dat het er anders nooit meer van zou komen.’
‘Als muziek me grijpt dan gaat de nacht ongemerkt voorbij’
Over veel van Schuberts laatste werken gaat het verhaal dat hij ze voltooide op zijn sterfbed, terwijl hij de dood in de ogen keek. Zo kregen het Strijkkwintet en zijn laatste Pianosonates een mythische lading. Dat was ook het beeld dat de pianist Krystian Zimerman koesterde, bekent hij. ‘Als kind fantaseerde ik dat de zieke Schubert deze stukken schreef met het vooruitzicht spoedig van het leven te scheiden. Later ontdekte ik dat niets minder waar was. In de tijd dat hij zijn twee laatste pianosonates schreef, wandelde hij van Wenen naar Eisenstadt om bloemen te leggen op het graf van Joseph Haydn. Dat is meer dan veertig kilometer, dus hij moet lichamelijk nog goed in vorm geweest zijn.’
Dat strookt inderdaad niet met het beeld van een stervende componist, al lag het muziekpapier nooit ver van Schuberts bed. ‘Hij was een workaholic, die in zijn korte bestaan, een onvoorstelbare hoeveelheid muziek schreef. Wanneer hij midden in de nacht plotseling ontwaakte, pakte hij het manuscript naast zijn bed en schreef verder waar hij gebleven was. Ik heb een soortgelijke obsessie. Als iets me grijpt, dan lost de slapeloze nacht ongemerkt op in het licht van de volgende morgen.’
Zimerman laat de noten vloeien en de vleugel ademen
Zijn twee laatste pianosonates zijn revolutionaire werken, waarin overgave en berusting hun tegenhanger vinden in de humor van de scherzo’s. Kenmerkend voor Schubert is de onderstroom die in veel van zijn werken terug te vinden is. Achter de vrolijke noot klinkt de tragiek door, en andersom schemert door het verdriet een vorm van optimisme. In zijn instrumentale muziek verloochent Schubert zijn stiel van liederencomponist niet: alles zingt. Zo benadert pianist Zimerman de laatste twee sonates ook. Hij laat de noten vloeien en de vleugel ademen. De perfectionistische Pool liet zijn piano dusdanig aanpassen dat dit zingende element werd versterkt. Die aanpak levert een prachtige warme en heldere klank op. Sommige pianisten zijn geneigd deze sonates kaal te spelen, alsof ze zich in een winterlandschap bevinden, waar de kou langzaam het hart tot stilstand dwingt. Een ijzige eenzaamheid is het gevolg. Zimerman volgt een andere weg, die van de warmbloedigheid, van het bloed dat blijft stromen, al lijkt dat soms nauwelijks merkbaar in de langzame delen. ‘De droevigste muziek die ik ken’, zegt Zimerman. De pianist vertelt een indrukwekkend verhaal, niet van een componist die zich overgeeft aan de dood, maar één die alle facetten van het leven – waaronder ook het sterven – trotseert.
Aanbevolen opnamen
Lees en luister ook
De vergelijking Erlkönig
Het meesterwerk Winterreise
Focus Schubert op de operatietafel
Top 10 Pianoconcerten
Album van de week Sokolov speelt Schubert
Muziek en Muziekkritiek