‘Rachmaninovs pianoconcerten representeren een reis – en een bestemming’, zegt Daniil Trifonov in het cd-boekje bij Destination Rachmaninov – Departure met Rachmaninovs Tweede en Vierde pianoconcert. De Russische pianist is met zijn 27 jaar nog een jonkie. Toch is hij al vergeleken met legenden als Horowitz, Richter en de jonge Kissin. Met andere woorden: hij past in het rijtje van de grote Russische klavierleeuwen en zo speelt hij ook.
Daniil Trifonov heeft ondanks zijn jonge leeftijd niet alleen een tot de verbeelding sprekende concertpraktijk – hij mag zich dit seizoen bijvoorbeeld artist in residence noemen bij de Berliner Philharmoniker – ook zijn discografie vertelt sinds met Live from Carnegie Hall zijn eerste cd op DG uitkwam een verhaal van een gedreven musicus die respect afdwingt bij de groten van oudere generaties. Zo nam hij met Gidon Kremer de twee Pianotrio’s van Rachmaninov op, speelde hij met Anne-Sophie Mutter werken van Schubert, legde hij onder leiding van Mikhael Pletnev diens herorkestratie van ChopinsPianoconcerten vast en was Yannick Nézet-Séguin een partner bij de veelgeprezen registratie van Rachmaninovs Variaties op een thema van Paganini. Rachmaninov is een constante in het nog jonge leven van de pianist. Hij keert, wederom in gezelschap van Yannick Nézet-Séguin en diens Philadelphia Orchestra, met een gepland tweeluik onder de titel Journey with Rachmaninov terug naar zijn idool. Na het nu verschenen Tweede en VierdePianoconcert komt volgend jaar het sluitstuk met het Eerste en DerdePianoconcert. ‘Elk pianoconcert van Rachmaninov heeft een zeer specifieke muzikale taal’, zegt Trifonov. ‘Elk concert representeert een synthese van zijn muzikale interesse en esthetische preoccupaties uit de tijd dat hij het werk in kwestie componeerde.’ Vandaar dat hij de registratie van de vier pianoconcerten beschouwt als een reis door het leven van de pianist en componist met wie Trifonov, die ook een uitstekend componist is, zich verwant voelt. ‘Met zijn Tweede Pianoconcert kondigde Rachmaninov zijn herdefiniëring van zijn bestaan als artiest aan. Het werk was een van de eerste stukken die hij componeerde na een lange stilte en representeert een nieuw soort pianistiek.’
Melktanden en keyboards
Trifonov praat als een oude rot in het vak en zo gek is dat niet. Al op achtjarige leeftijd zat hij in Rusland als solist voor een orkest. Het verhaal gaat dat hij tijdens deze uitvoering een melktand verloor. Niet alleen omdat hij tanden aan het wisselen was, maar ook omdat hij zo op zijn kaken beet van de inspanning dat een van de loszittende tanden er spontaan uitviel. Trifonov kan lachen om de anekdote, maar heeft het verhaal bevestigd noch ontkend. Een beetje mythe rond een solist hoort er tenslotte bij. Toch heeft Trifonov dat niet nodig. Sinds hij in 2011 op glorieuze wijze zowel de Rubinstein Competitie in Israël als de legendarische Tsjaikovski Competitie in Moskou won, is zijn naam internationaal gevestigd. En dat terwijl hij nog niet eens zo lang serieus bezig was met de piano. ‘Ik was vijf jaar en had niet zo heel veel interesse voor muziek’, vertelde hij al eens. ‘Terwijl ik wel uit een familie van musici kom. Mijn ouders zijn beiden pianist, mijn vader is ook componist en mijn grootmoeder is koordirigente.’ Trifonov had naar eigen zeggen vooral een technische interesse. ‘Ik had een keyboard en vond het ontzettend leuk om geluiden voort te brengen en daar wat mee te doen. Het is allemaal begonnen met het ontdekken van het keyboard. Gaandeweg kreeg ik interesse in andere soorten muziek en begon ook de piano een grotere rol te spelen. Maar als je toen gezegd had dat ik pianist zou worden had ik vreselijk gelachen.’ Hoewel hij nooit echt besloot pianist te worden, werden muziek en de piano steeds belangrijker. ‘Toen ik op dertienjarige leeftijd een keer een paar weken met vakantie was en geen gelegenheid had om piano te spelen, begon ik het instrument te missen. Sindsdien ben ik veel serieuzer geworden en werd een bestaan als pianist en musicus een voorstelbare optie.’ Daarnaast heeft Trifonov altijd al gecomponeerd. ‘Dat doe ik al sinds ik een toets in kan drukken. Ongetwijfeld onder invloed van mijn vader begon ik al op vijfjarige leeftijd met het zelf verzinnen van muziek. Het is een soort tweede natuur, al is de piano wel altijd op de eerste plaats blijven staan. Laten we het er maar op houden dat componeren mijn favoriete hobby is.’
Bach en Rachmaninov
Die ‘hobby’ komt ook van pas bij de uitvoerend musicus die Trifonov in de eerste plaats is. Hij speelt met de componist in gedachten en laat de muziek vloeien alsof het ter plekke gecomponeerd wordt. Daarbij staat hij enorm open voor wat zijn collega-componisten, dood of levend, met de noten doen. Vandaar dat Trifonov niet alleen Rachmaninovs zoektocht naar een passende vorm voor zijn romantische lyriek herkent in het Tweede Pianoconcert, en de jazzy feel en industriële drive benadrukt in het Vierde Pianoconcert, maar ook de meerstemmigheid en diens liefde voor het werk van Bach erkent. En vandaar dat de beide pianoconcerten worden gescheiden door Rachmaninovs transcriptie van drie delen uit de Derde partita voor viool van Bach. Een goede keus, want Rachmaninovs liefde voor Bach en diens invloed op zijn werk blijven vaak onderbelicht. Ondertussen bewijzen Trifonov, Nézet-Séguin en het Philadelphia Orchestra wederom een ‘match made in heaven’ te zijn. Zowel in het beroemde Tweede als in het weinig gespeelde Vierde Pianoconcert staat Trifonov soeverein boven de materie en klinkt Rachmaninov zoals de componist het ooit gedroomd moet hebben. Deze opname heeft alles in zich om een nieuwe standaard te worden.