Album van de week De krachtige Chopin
‘Mijn kleine lijk’, zo werd Chopin genoemd door zijn levensgezellin George Sand. Velen zien in de componist een man die leed aan tuberculose en het leven. Pianist Daniil Trifonov schetst Chopin in al zijn mannelijke kracht.
Chopin zocht de zeggingskracht in de eenvoud
Na Frédéric Chopin zou de pianomuziek nooit meer hetzelfde zijn. Hij verkende alle dimensies van het instrument – een eigenschap die vakgenoot Franz Liszt in hem bewonderde. ‘Hij keerde zich af van de neiging om elke kruimel melodie te verdelen over honderd lessenaars’, schreef zijn tijdgenoot. ‘Iemand anders met zijn muzikale vermogens had de verleiding vermoedelijk niet weerstaan om alle orkestrale krachten te ontketenen.’ Liszt bezigde die mooie woorden drie jaar na Chopins dood, toen hij diens genie in alle rust en volledigheid kon overzien. Hij onderstreepte daarmee het credo dat Chopin zelf omhelsde aan het einde van zijn leven: ‘Nadat je alle noten, en meer, hebt gespeeld, blijft de eenvoud over als de kroon op de kunst.’ Hij was anders dan Liszt, die de vleugel wilde laten wedijveren met het orkest, en die dat onderstreepte door de negen symfonieën van Beethoven voor één enkele piano te bewerken. Chopin daarentegen zag niets in zulke spierballentaal. Hem ging het erom de zeggingskracht van zijn geliefde instrument te vergroten, en niet door luisteraars te laten dwalen in een woud van noten, maar in een open landschappen met een enkele kale boom.
Trifonov speurt altijd naar een diepere betekenis
Eenvoud was het eindpunt van Chopins reis, die begon in zijn geboorteland Polen met enkele werken voor piano en orkest. Drie ervan zijn te beluisteren op het nieuwe dubbelalbum van de Russische meesterpianist Daniil Trifonov. De Variaties op ‘La ci darem la mano’ uit Mozarts opera Don Giovanni was een van zijn vroege stukken – het kreeg opusnummer twee – en toen componist en muziekcriticus Robert Schumann de partituur ervan onder ogen kreeg, schreef hij: ‘Hoeden af, heren, een genie.’ De twee pianoconcerten zijn niet geliefd bij orkestmusici, omdat hun partij niet bijster goed en boeiend zou zijn. Ze voelen zich vaak een wormvormig aanhangsel van de vleugel, die vrijwel de hele tijd aan het woord is. Het inspireerde de Russische pianist en dirigent Mikhail Pletnev ertoe de orkestratie hier en daar wat op te poetsen voor het Mahler Chamber Orchestra, waarmee hij Trifonov begeleidt.
Op het grootste deel van beide cd’s is dus de jonge Chopin aan het woord, het talent dat nog tastend zijn weg zoekt, maar zelfs daarin al zijn genie toont. Zijn muziek is bij Trifonov in goede handen. De Rus heeft wel iets Chopinesks in de manier waarop hij in alles wat hij speelt – hoe virtuoos ook – speurt naar een diepere betekenis. Een mooie vondst op dit album is dat Trifonov eveneens horen laat hoe Chopin een inspiratiebron werd voor componisten van uiteenlopende aard, zoals de Duitser Schumann, de Noor Grieg, de Rus Tsjaikovski, de Amerikaan Barber en de Catalaan Mompou.
‘Gekleurde bloesems op dunne steeltjes’
Trifonov zet op zijn manier Chopins muziek in breder historisch verband. Klassieke beginners krijgen meteen een gevoel voor zijn werk, en ook de kenner kan zich aan dit album verlustigen. Frisse vertolkingen van beide pianoconcerten, die al zo vaak zijn opgenomen. Maar Trifonov en Pletnev voegen een parel aan die omvangrijke discografie toe. Het blijkt weer dat iedere generatie Chopin in een ander en nieuw licht kan laten baden.
De componist zelf blijft ten prooi aan gedaanteverwisselingen. Sommigen beschouwen Chopin als de belichaming van de Romantiek, het tijdperk van de mens die lijdt aan het leven en zichzelf. Zijn ziekelijke natuur – Chopin leed aan tuberculose – droeg in belangrijke mate aan dat beeld bij. De uitvinder van de nocturne, de Ier John Field, noemde hem ‘een ziekenzaaltalent’, levensgezel George Sand sprak over ‘mijn lieve lijk’, en Liszt beschreef Chopin als ‘mooi gekleurde bloesems die op ontzettend dunne steeltjes wiegelen’.
Het is een hardnekkig beeld, maar te eenduidig, blijkt uit de onverminderd krachtige muziek die Chopin componeerde. Er zit niets ziekelijks of zwaks in. Hier is niet een man aan het woord, zoals Hector Berlioz, die hunkert naar onbereikbare vergezichten. Chopins muziek is bij tijd en wijle melancholiek, maar even zo vaak mannelijk en krachtig, zeker in de stukken die Trifonov speelt. ‘Bij Chopin is de vreugde oppermachtig’, vond schrijver André Gide. ‘vreugde die totaal verschilt van de enigszins oppervlakkige, alledaagse vrolijkheid van iemand als Schumann. Het is een aan Mozart verwante gelukzaligheid, maar dan menselijker, zo verbonden met de natuur en het landschap als misschien alleen de mysterieuze glimlach in Beethovens Pastorale.’ Het is ook dat beeld, dat Trifonov weet op te roepen.
Lees en luister ook
Sterk verhaal Chopin of Liszt?
Focus Fortepiano
Kijk Jussens spelen Night van Fazil Say
Het meesterwerk Preludes van Chopin
Top 10 Pianoconcerten
Instrument Piano
Muziek en Pianoles