Album van de week Homages
De Britse pianist Benjamin Grosvenor doet uiterlijk denken aan een Engelse kostschooljongen, maar zijn vertolkingen ademen diepe kennis van de muziek. Hij beweegt zich soepel door de verschillende werelden, van Bach tot en met Liszt, op zijn nieuwe album Homages.
‘Ik wilde niet dat mijn schoolvriendjes beter zouden worden dan ik’
‘I’m not that talented’, luidt de kop boven een interview in de Britse krant The Guardian van vijf jaar terug. Een typisch overzees understatement van de toen 18-jarige pianist Benjamin Grosvenor, die zich er destijds op mocht beroemen de jongste solist te zijn uit de geschiedenis van de BBC Proms openingsavond. En op zijn elfde werd hij al uitverkoren bij diezelfde omroep voor de finale van The Young Musician of the Year. Maar een wonderkind? ‘Ach’, antwoordde hij de journalist, ‘kennelijk bezit ik een of andere gave om muziek te interpreteren, maar verder ben ik niet zo getalenteerd.’ En hij meent het ook nog. Zijn moeder is pianolerares, dus het instrument stond in huis. ‘Maar ik was niet zo’n kind dat achter de toetsen ging zitten en elk deuntje dat ik hoorde kon spelen. Vanaf mijn vijfde kreeg ik les, maar dat kon me niet echt boeien. Ik begon pas echt te studeren toen mijn schoolvriendjes ook aan de piano begonnen. Ik wilde niet dat zij beter zouden worden dan ik.’
Dat bleek een goede drijfveer. Dat Benjamin iets bijzonders had, merkte zijn moeder, toen hij op zijn achtste het gevoel in de muziek van Chopin beter kon vertolken dan haar leerlingen die tien jaar ouder waren. Het lijkt alsof hij een aangeboren instinct heeft voor de muzikale leefwerelden van beroemde componisten uit vervlogen tijden. Niet de techniek valt op, maar vooral zijn zeggingskracht. Achter het gezicht dat lijkt te horen bij een middelbare scholier, gaat een eeuwenoude wijsheid schuil.
‘Ik hoef me niet te verantwoorden tegenover dode componisten’
Hij is egocentrisch in zijn benadering van muziek, geeft hij toe. ‘Het gaat erom wat ik in de noten leg’, zegt Grosvenor. Het is ook niet verwonderlijk dat de pianisten uit het begin van de twintigste eeuw tot zijn favorieten behoren: Arthur Schnabel, Alfred Cortot en Vladimir Horowitz, musici die niet bang waren om zichzelf te laten gelden in de noten van Beethoven, Chopin en Scarlatti, die de vrijheid namen om een eigen verhaal te vertellen. Misschien komt het door de zucht naar technische volmaaktheid en de talrijke concoursen, waar jury’s doorgaans een eigenzinnige aanpak al in de openingsronden afstraffen, zegt hij, ‘maar we hebben het contact verloren met dat tijdperk van verbeelding en uitdrukkingskracht. In die periode deden pianisten dingen die niet in de noten stonden, maar wel werkten in de muziek. De componisten voelden zich daardoor vaak gevleid. Musici voegden iets toe. Voor mij is het nog minder een probleem, want ik hoef me niet te verantwoorden. De componisten die ik speel, zijn dood.’
Maar dat is vaak ook het probleem. De volgelingen van Brahms, Chopin, Liszt en andere componisten eisen van huidige musici een tekstgetrouwheid die er begin vorige eeuw nog niet was. De partituur is als de tien geboden tegenwoordig in stenen tafels gebeiteld. Maar Grosvenor blijft aan die moderne moraal morrelen. Op zijn nieuwe album Homages poetst hij om te beginnen Bachs indrukwekkende Chaconne voor viool solo – voor piano bewerkt door Busoni – als nieuw op. Een klein kwartier muziek waarin je als luisteraar kunt blijven dwalen. Een eerbetoon ook aan de ouderwetse pianovirtuoos, want dat was Busoni, die zijn eigen verhaal vertelt bij Bach.
Grosvenor verplaats zich moeiteloos in andere leefwerelden
Beeldschoon en ontroerend zijn ook de onbekende preludes en fuga’s die Felix Mendelssohn schreef, die de componist schreef, wakend aan het sterfbed van een vriend. De diepe gevoelens komen terug in de muziek, die in zijn vorm ook een hommage is aan de door Mendelssohn bewonderde Bach. De Prélude, Choral et Fugue van César Franck is een oefening in bespiegeling en bedachtzaamheid. De werken van Chopin en Liszt ten slotte vormen een ode aan het Italiaanse leven in Venetië en Napels, aan de met muziek doordrenkte steden, die eeuwenlang een muzikale inspiratiebron vormden voor de rest van de wereld. Grosvenor bewandelt moeiteloos de paden die de componisten tekenden in hun muziek. Hij verplaatst zich gemakkelijk in andere leefwerelden, misschien omdat hij tot zijn twintigste een slaapkamer deelde met zijn broer Jonathan, die lijdt aan het syndroom van Down. Zoiets dwingt je de werkelijkheid met andere ogen te bekijken en met andere oren te beluisteren.
Aanbevolen opnamen
Lees en luister ook
Kijk Animatie Rhapsody in Blue
De vergelijking Bachs Chaconne
Componist Felix Mendelssohn
Het meesterwerk Preludes van Chopin
Kijk Lucas en Arthur Jussen spelen Mozart
Top 20 Pianisten