Legende Leonard Bernstein

© Thomas R. Seiler

Dirigent en componist Leonard Bernstein was een man, zo schrijft een biograaf, ‘met duistere spelonken en bundels verblindend licht’. De klassieke muziek zou na zijn verschijning nooit meer hetzelfde zijn.

Íeder genie heeft een handicap. Lenny had een vader’

‘Waar je hem ook prikt, overal komt zijn begaafdheid naar buiten stromen’, zei moeder Jennie over haar zoon Leonard Bernstein. Hij kwam ter wereld als een mager en ziekelijk – want astmatisch – kind, die zich onzichtbaar moest maken voor de antisemitische bendes in de buurt. Hij bleef iemand die onder de radar vloog, totdat de piano van een gescheiden tante in het ouderlijk huis kwam te staan. Volgens Bernstein zelf, schrijft biografe Joan Peyser, ‘was dat instrument ‘de ontdekking die hem van een zwak en onbetekenend persoon veranderde in een sterk karakter dat de wereld kon veroveren.’

Als peuter kroop hij over de vloer, herinnerde zijn moeder zich, en als hij dan muziek hoorde, bleef hij doodstil zitten en begon te huilen. De piano werd zijn beste vriend. En dat had de kleine Lenny nodig, want hij groeide op te midden van ouders, die over alles ruzieden, ook over hun kinderen. Zo koesterde zijn moeder Jennie haar zoons muzikale talent, maar zag vader Sam daar niets in – hoewel hij Leonard als puber wel meenam als hij van zakenrelaties kaarten voor concerten kreeg. ‘Ieder genie heeft wel een handicap gehad’, verzuchtte Sam Bernstein. ‘Lenny had een vader.’
En hij leek misschien meer op zijn vader dan hij wenste, want hij erfde diens zakelijke instinct. In Bernstein gingen kunst en kapitaal hand in hand. Hij wist zijn muzikale genie te gelde te maken.

‘Het was nooit bij me opgekomen om dirigent te worden’

dirigentengrappenAl gedurende zijn middelbare school maakte Bernstein muziekvoorstellingen. Hij studeerde muziek aan Havard, maar viel daarna in een gat. Hij kon aardig piano spelen, bewerken en componeren, maar niemand had werk voor hem. Vruchteloos zocht hij in de zomer van 1939 in New York naar een baan. Het was crisistijd en – net terug in Boston – brak in Europa ook nog de Tweede Wereldoorlog uit. De vooruitzichten waren grimmig.
Op een dag kreeg hij telefoon uit New York van zijn vriend Leonard Burkat. Die sprak, zei hij, in de haven met de pas aangekomen dirigent Dmitri Mitropoulos. Deze Griek meende zich te herinneren dat hij op Harvard een begaafde jongen had ontmoet van wie de naam wel wat op die van Burkat leek. Kende hij die knaap misschien en wist hij hoe het met hem ging? Toen hij hoorde over de nijpende situatie van Bernstein, nodigde hij hem via Burkat uit om langs te komen in zijn New Yorkse hotel, waar hij een week zou blijven, voordat hij doorreisde naar Minneapolis, waar hij chef zou worden. Bernstein was blut, maar hij kreeg een vriend zover om hem van Boston naar New York te rijden.

In de hotelkamer gaf Bernstein Mitropoulos een overzicht van zijn toestand.
‘Wat moet ik doen?’ vroeg hij.
‘Dat weet je best’, antwoordde Mitropoulos. ‘Je moet dirigent worden.’
Voor Bernstein, vertelde hij later, was de dirigent een mythische figuur, ‘zo ontzagwekkend en onbereikbaar, dat het nooit in mijn hoofd was opgekomen dat ik zoiets zou kunnen worden.’
Hoe je dirigent zou kunnen worden? wilde Bernstein weten.
‘Dat leer je’, zei Mitropoulos.

Bij Juilliard kon Bernstein niet terecht, maar in Philadelphia was er nog plek op de nieuwe cursus van dirigent Fritz Reiner. Ten prooi aan hooikoorts deed hij auditie. ‘Ik kon amper uit mijn ogen kijken en zat hoestend en proestend tegenover die barse, weinig toeschietelijke man, die maar wat gromde en humde.’ Maar hij maakte indruk toen Reiner een orkestpartituur ergens middenin opensloeg en hem vroeg om welk werk het ging. Tot verbazing van de dirigent herkende Bernstein meteen de Akademische Festouverture van Brahms. Hij werd aangenomen.

Een musicalhit tegen alle voorspellingen in

bernstein koussevitzky tanglewoodIn 1940 werd hij toegelaten tot de zomercursus van de beroemde dirigent Serge Koussevitzky in Tanglewood, onder de rook van Boston. Bernstein kreeg een soort vader-zoonrelatie met de oude Rus, die in hem een geboren dirigent zag. En zo werden Reiner en Koussevitzky zijn twee grote leermeesters. Al ging hij uiteindelijk zijn eigen weg. Bernstein besloot bijvoorbeeld liever te dirigeren met zijn handen dan met een baton. Dit was tegen het zere been van de oude maestro’s, maar hij wist ze beiden te overtuigen dat dit het beste voor hem werkte. ‘Koussevitzky maakte zich daar eerst zorgen over’, zei diens vrouw later. ‘Hij heeft zijn eigen vingers urenlang zitten bestuderen. Hij stak zijn wijsvingers uit en zwaaide daar wat mee heen en weer. Ten slotte glimlachte hij. Hij was tot de slotsom gekomen dat wijsvingers hetzelfde kunnen aangeven als een baton.’ In een filmpje liet Bernstein later zien, dat hij zelfs alleen met zijn ogen kon dirigeren.

Zijn doorbraak kwam toen Bernstein – als assistent – in 1943 mocht invallen voor de grieperige Bruno Walter in Carnegie Hall. Zijn optreden met de New York Philharmonic werd een sensatie. Het haalde de voorpagina van de New York Times, die sprak over ‘het 25-jarige genie uit Boston’. Het concert werd uitgezonden in heel Amerika, zodat Bernstein op slag een beroemdheid was. De jaren erna kon hij op die ervaring voortbouwen. En begon hij met zijn muziek ook succes te oogsten op Broadway. Hij trouwde met actrice Felicia Kohn Montealegre, ondanks het feit dat hij homoseksueel was. En volgens vrienden was het geen ongelukkig huwelijk. Het echtpaar kreeg zelfs drie kinderen.

west side storyIn 1957 ging een diepe wens in vervulling, toen de New York Philharmonic hem tot chef-dirigent koos. Meteen na zijn aantreden een jaar later begon Bernstein aan zijn Young People’s Concerts, razend populaire tv-programma’s waarin hij een jong publiek de wonderen van de muziek toonde. In die jaren kende hij eveneens zijn grootste kaskraker op Broadway: de musical West Side Story.

Het stuk kende een moeilijke aanloop. Sommige producenten haakten af, overtuigd van de artistieke waarde, maar bang voor een commerciële flop. Want de gebruikelijke glamour en glitter ontbrak op het toneel. Daar zagen bezoekers een straatarme Puertoricaanse buurt als decor. En dan eindigde West Side Story ook nog eens met de moord op de mannelijke held. Toch adoreerde het publiek de musical, die liefst 732 opvoeringen op Broadway kreeg.

Hij bracht de Amerikanen liefde bij voor hun eigen muziek

lka Mahler bernsteinNa zijn benoeming tot chef-dirigent van de New York Philharmonic kwijnde de liefde voor Broadway weg. Tijd om te componeren vond Bernstein nauwelijks meer. Wel bracht hij de Amerikanen de liefde bij voor de muziek van Gustav Mahler, en Scandinavische helden als Carl Nielsen en Jean Sibelius. Maar bovenal wierp hij zich op als pleitbezorger van eigentijdse Amerikaanse componisten.
Elf jaar lang was hij de figuur waar het klassieke muziekleven in New York om draaide. In 1969 nam hij ontslag, om weer als componist aan de slag te kunnen. Hij wilde de wereld ook zijn eigen muziek nalaten. Hij werd nooit meer ergens chef, maar dat hij nou minder ging dirigeren, daar leek het niet op. Zo was hij vaker te horen en te zien bij de Wiener Philharmoniker, waarmee hij zowel een symfonieëncyclus van Mahler als van Beethoven opnam.

beethoven bernstein berlinDe mediagenieke Bernstein had een neus voor televisie en presenteerde tal van programma’s en documentaires. Zijn politieke betrokkenheid leidde er bovendien toe dat hij vaak bij belangrijke gebeurtenissen was. Zo dirigeerde Bernstein op Eerste Kerstdag 1989 in Berlijn het concert waarmee de Duisters de val van de Muur vierden.

Een jaar later stierf hij, vooral door zijn extravagante levensstijl. Hij was een mateloos roker en drinker – na een optreden in het Concertgebouw stond er achter de deur van de trap altijd iemand klaar met een sigaret en een glas whiskey, zodat hij tussen de applauzen door alvast een trek en een slok kon nemen. Hij sliep weinig en ging zich graag te buiten aan seks. ‘Een liederlijk leven’, noemde Bernstein het zelf. Hij overleed in oktober 1990, op 72-jarige leeftijd. Onderweg naar zijn graf zwaaiden de bouwvakkers met hun petten naar de auto en riepen: ‘Goodbye Lenny.’ Hij bleef een jongen van het volk.


bernstein 220Lees en luister ook