Album van de week Dromen over de hemel
Dirigent Daniel Barenboim maakt zich al bijna een halve eeuw hard voor het werk van Edward Elgar. ‘Veel mensen zien hem vooral als een Brit, maar zijn muziek is universeel.’ Dat laat Barenboim horen en ervaren in zijn nieuwe opname van The Dream of Gerontius.
Twee dromers die bij elkaar komen
‘We are such stuff as dreams are made on; and our little life is rounded with a sleep.’ Deze woorden vormen het mysterieuze en moeilijk te vertalen slot van een betoog van tovenaar Prospero in het toneelstuk The Tempest van William Shakespeare. Literatuurvorsers kunnen zich een leven lang stukbijten op deze regels. De onstoffelijke wereld van de droom was ook een inspiratiebron voor twee andere Britten: kardinaal John Henry Newman en de componist Edward Elgar. Beiden katholiek, en dus behept met een hang naar mystiek. ‘Naar mijn idee zit muziek in de lucht’, zei Elgar over zijn scheppingen. ‘Zij zweeft overal om ons heen, de wereld is vol klanken en we kunnen er simpelweg zoveel van nemen als we nodig hebben.’
Elgar schreef veel werken met de droom als rode draad, zoals The Starlight Express en The Music Makers. Dat laatste stuk begint nota bene met de regel: ‘Wij zijn de makers van muziek. Wij zijn de dromers van dromen.’ Het is dan ook niet vreemd dat Elgar zich aangetrokken voelde tot het gedicht De droom van Gerontius van de katholieke geestelijke John Newman. Hierin droomt een man over zijn sterfbed en over het leven na de dood. Het verschil tussen de werkelijkheid en de droom was een fascinatie die Newman al koesterde vanaf zijn kindertijd. ‘Ik hoopte vroeger altijd dat de sprookjes van Duizend en Eén Nacht waar zouden blijken te zijn’, schreef hij. ‘Ik dacht dat het leven misschien een droom was, en ik een engel.’
Van mislukking naar triomf
The Dream of Gerontius van Newman vormde de basis voor het gelijknamige ‘oratorium’ van Edward Elgar uit 1900. Een jaar eerder was de toen 43-jarige componist doorgebroken met zijn Enigma Variaties. En met dit nieuwe werk hoopte hij de kroon te zetten op zijn roem. Het liep anders: de première in Birmingham werd een fiasco. De uitvoerders bleken niet opgewassen tegen de eisen die het ingewikkelde stuk stelde. Zo zadelde Elgar het koor – waarvan de vaste dirigent net gestorven was – op met enkele vernieuwingen, die niet goed vielen in een cultuur die ‘never louder than lovely’ zong.
Na alle kritieken beklaagde Elgar zich in een brief over de kille ontvangst. ‘Wat mij betreft is de muziek in Engeland dood’, begon hij. ‘Het is vreemd om door ouderwetse geesten te worden behandeld als een soort crimineel, omdat mijn gedachten en wegen hen boven de pet gaan.’ Zelf bleef de componist achter zijn oratorium staan. ‘Als er iets van mij waard is te worden herinnerd, dan is dit het.’
En hij was daarin gelukkig niet de enige. Ook de directeur van een Duits festival geloofde heilig in The Dream of Gerontius. Hij dirigeerde het stuk in Düsseldorf, een jaar na de mislukte première. En daar oogstte het overdonderend applaus. Na de uitvoering bracht componist Richard Strauss zelfs een dronk uit op zijn vakgenoot, ‘op het welzijn en succes van de eerste Engelse vooruitstrevende componist, Meester Edward Elgar.’
Zijn goede vriend en muziekuitgever August Jaeger voegde hieraan toe dat er aan mystieke en religieuze muziek, na Wagners opera Parsifal, ‘niets meer was verschenen van dezelfde kracht en schoonheid’ als The Dream of Gerontius. En Elgar, die was verrukt, vooral met het commentaar van Strauss. ‘Het was wel enkele jaren van angst waard om hem mij Meister te horen noemen.’
‘Elgars taal is niet Brits, maar universeel’
In Engeland hoeft Elgars oratorium sindsdien alleen Händels Messiah boven zich te dulden. Beter kan het nog op het Europese vasteland, waar het werk dus als eerste vaste grond onder de voeten kreeg. Maar terwijl componisten zoals Brahms, Mozart, Haydn landsgrenzen overstijgen, blijft Elgar voor veel liefhebbers in de eerste plaats een Brit. ‘Dat is zonde’, vindt dirigent Daniel Barenboim. ‘Want Elgars muzikale taal is net zo universeel.’ En kosmopoliet Barenboim bewijst dat de laatste jaren met onder meer opnamen van diens symfonieën en het Celloconcert met celliste Alisa Weilerstein. De pianist-dirigent werpt zich al vanaf de zeventiger jaren op als een onvermoeibaar ambassadeur voor Elgar, onder meer door een onvergetelijk Celloconcert met zijn toenmalige echtgenote Jacqueline du Pré.
En nu ligt er dan – van zijn hand – een mooie, gloednieuwe opname van The Dream of Gerontius, waarin het handelsmerk van Barenboim – een enorme uitdrukkingskracht – volledig tot zijn recht komt. Hij laat ten volle horen dat Elgar universele muziek maakt over thema’s die iedereen aangaan.
Aanbevolen opnamen
Lees en luister ook
Top 25 Mooiste koormuziek
Het meesterwerk Elgars Enigma
Muziek en Slaap
Top 10 Wiegeliedjes
Het meesterwerk Salut d’amour
Album van de week Barenboim en Batiashvili