Harpist Remy van Kesteren brengt een nieuw album uit, Tomorrow Eyes, met grotendeels werk van eigen hand. Hij vertelt over de achtergrond van de werken.
Het eerste album met eigen werk van harpist Remy van Kesteren heet Tomorrow Eyes. Hiermee zet hij de bijzondere stap van alleen uitvoerend musicus te zijn naar de rol van componist. Ongebruikelijk, creatief en eigenzinnig en het leverde een prachtig album op. Op de muziek is geen label te plakken, Remy slaat een nieuwe en geheel eigen weg in. ‘De zoektocht naar mijn eigen muzikale wereld, waar twintig jaar muziekmaken, ontdekken en studeren toe geleid heeft,’ zegt hij er zelf over. En wij zijn de bofkonten die ernaar mogen luisteren.
1. Maria
‘Mijn steun en toeverlaat tijdens het gehele project is Martin Fondse geweest. Een waanzinnige pianist, componist, arrangeur en nu ook producent, want hij produceerde dit album en schreef mee en begeleide mij bij mijn nieuwe werken. Martin Fondse: ‘Mijn samenwerking met Remy van Kesteren begon een aantal jaren geleden toen ik als componist betrokken was bij een liederencyclus voor harp en sopraan (Remy en Claron McFadden). Wat destijds meteen in het oog sprong was de tomeloze energie en ‘aanvallende speelstijl’ van deze jonge harpist. Geen uitdaging was te groot, geen risico werd gemeden. Het verrast dan ook geenszins dat in de loop der jaren de grote wens van Remy om zelfgecomponeerd materiaal te spelen op dit album in vervulling gaat. Hij geeft hiermee een duidelijk signaal af: zo wil ik dat de harp de komende tijd klinkt! In diverse uitdagende bezettingen: een trio met drums en bariton, in samenspraak met zang en hammondorgel, muziekgrenzen overschrijdend en stijlrichtingen verbindend. Een persoonlijk document met een herkenbare handtekening. Soms zijn er composities die hun eigen reis maken door de muziekwereld. Maria is er zo een. Oorspronkelijk is het geschreven voor piano, strijkkwartet en mezzosopraan, maar Remy van Kesteren neemt een nieuwe afslag op deze muzikale reis. Eerst een ingetogen, vrijwel bewegingsloze interpretatie met een opvallende intrinsieke rust, waar een hammond orgel voor harmonische diepte zorgt en later, in Tomorrow Eyes, in een aangrijpende versie met zanger Michael Prins. Remy maakt er zijn eigen versies van, iets dat wij jazzmusici (mijn eerste metier) altijd al doen: muzikale thema’s naar onze hand zetten. De versie van nu met het oog op morgen.’
2. Hammers
‘You are a true master. It is so wonderful to witness you playing my work.’ – Nils Frahm
‘Nils Frahm is een self-made pianist, producer en componist, die onderdeel is van een Berlijnse stroming van jonge, nieuwe neo-klassieke muzikanten die verschillende stijlen mixen. Toen ik zijn stuk Hammers hoorde, gebaseerd op de hamers van de vleugel, hoorde ik in mijn hoofd meteen een versie op harp. Ik stuurde mijn versie naar Nils en zocht hem op na zijn concert in Paradiso. Ik was onder de indruk van zijn performance en oorspronkelijkheid; pure muzikaliteit en een band met nu. Een bomvolle zaal met jonge mensen die compleet uit zijn dak gaat van pianomuziek. Na afloop spraken we over zijn en mijn muziek en onze gemeenschappelijke zoektocht. Later stuurde hij me dat hij erg blij was met mijn versie van zijn Hammers en dat hij gelukkig was dat zijn muziek zich op nieuwe manieren verspreid.’
3. Leviathan
‘Leviathan ontstond tijdens één van de vele jamsessies die ik met saxofonist Ties Mellema hield. Als twee gelijkgestemde zielen met een missie sloten we ons hele dagen op om te experimenteren en te zoeken naar onze eigen taal. De muziek van Federico Mompou was vaak ons vertrekpunt, omdat deze zo universeel is. De eerste maten van Leviathan zijn ook een letterlijk citaat uit het zevende deel van zijn Musica Callada. De 11/8 maat ontstond uit wat spielerei die daarop volgde, aanvankelijk nog opgebouwd uit soundbites die we ter plekke opnamen en monteerden met het computerprogramma Audacity. Voor de puls van het stuk gebruikten we in eerste instantie een drumcomputer. Ties bediende de 11/8ste beat met zijn ene hand terwijl hij met de andere verder speelde. Een geklungel van jewelste. Goddank was er bij de opnames Joost Kroon. Toen pas realiseerde ik me dat dit wel eens wat zou kunnen worden.’
4. Aerial
‘Het begon met een idee voor een melodie toen ik over de Italiaanse Alpen vloog. Voor mij was het stuk meteen zó met de lucht verbonden dat ik besloot er alleen nog maar tijdens vliegreizen verder aan te schrijven. Ik maakte het stuk uiteindelijk af onderweg naar de opnames van Wie Is De Mol? in de Dominicaanse Republiek. Het is het meest minimal music-achtige stuk op het album en het opnemen ervan was een ware beproeving. Vier harpen die na elkaar zijn opgenomen als dubs en waarvan de partijen exact in elkaar moeten grijpen. Ik heb gevloekt en getierd maar voor het eerst in mijn leven kon ik de schuld niet bij de componist leggen. Nou ja, dat kon ik wel, maar ik was het zelf. En ik zou het instrument inmiddels toch wel een beetje moeten kennen?!’
5. Angelico
‘Mompou kwam in mijn leven door Hans van Manen, die mij vroeg samen met hem een ballet te maken. Het betekende één van de mooiste projecten die ik heb mogen maken; een maand dag-in dag-uit samen met hem en de dansers van het Nationaal Ballet werken was een ongelooflijke ervaring. Één van de spilcomponisten van de voorstelling was Mompou en de sereniteit en universaliteit van de muziek raakte me meteen. Deze muziek is voor mij niet in een hokje te plaatsen. Op het album is het een rustpunt tussen al het snarengeweld, een soort bezinning. Het subtiele hammondspel van Martin refereert niet alleen aan Maria, maar benadrukt voor mij juist ook de diepte en rijkheid van deze ‘stem van de stilte’.’
6. When The Leaves Turn
‘The Leaves ontstond ook uit een jam-sessie met Ties. Ik dempte de snaren aan de onderkant waardoor een totaal nieuwe klank ontstond en bleef het beginritme tot vervelenstoe herhalen. Zo erg genoot ik van de nieuwe klank. Aanvankelijk dacht ik een solostuk voor harp te schrijven, waar de brutale, Zappa-achtige baslijn zich zou afwisselen met een melodieuze melodie. Het was Martin die vlak voor de opnames voorstelde om het rigoureus om te gooien en er juist een stuk voor de hele band van te maken. Een paar nachten zonder slaap verder en het was af. Tijdens de opnames schreef Martin nog een prachtige 4-stemmig baritonkoor, dat Ties als ware hij een echte studio-artiest routineus indubde. Joost Kroon toverde een paar Afrikaanse trommels tevoorschijn en met Eric Vloeimans’ en Leticia Moreno’s prachtige melodieën werd het een reis van Mali naar het westen en weer terug. Een blad dat boven nog zomer ademt maar van onder de herfst.’
7. Tomorrow Eyes
When light will turn away, When leaving colors gray When leafs are dead and gone, When night sets in to stay
I feel the urge to fall, Into the morning’s call Set camp behind my wall, Hide from the monsters’ ball When fear abides, I stop, And see
That all the stars have eyes, I lift mine to the skies Make end to flaw of thought, That hope cannot be brought
When we are lost in night, We do not lose our light When distant suns do break, Their light’s just awake This is me, ceasing all my fights, Trusting in tomorrow’s eyes
8. Nana
‘Nana van Manuel de Falla is één van de mooiste volksliedjes die ik ken. Een prachtige combinatie tussen tederheid, onschuld en melancholie. Het is een slaapliedje, maar veel meer dan dat. Het stelt gerust en het verontrust.
Sleep, child, sleep, sleep, my soul; Sleep, little light of the morning. Lullaby, Lullaby, Sleep, little light of the morning.
Leticia Moreno ontdekte ik op zoek naar een violiste die zowel thuis was in Spaanse muziek als ook onbevangen zou staan naar nieuwe wegen. Ik was meteen geraakt door haar puurheid en zeggingskracht. Ze bleek bovendien een geweldige persoon, die meteen ‘ja’ zei en het vliegtuig, twee treinen en een auto pakte om zes uur later in Osnabrück te arriveren.’
9. Franck
‘Franck is de eerste compositie die ik afmaakte. Het ontstond tijdens de soundcheck, toen ik met mijn vroegere groep trio42 een stuk van César Franck repeteerde. Het was het piano trio van de Belg; zijn opus 1. We hadden het tijdens die tour al veel gespeeld en uit pure verveling gooide ik er ineens een swingend ritme in. We lachten erom, vervolgden de repetitie en hadden een mooi concert. Maar het idee liet me niet meer los. Die nacht schreef ik het op en in de daaropvolgende weken werkte ik het uit. Ik vond een vorm, werkte de melodie door, maakte een cadens, transponeerde het naar een toonsoort waarin ik meer chromatische mogelijkheden kreeg. Franck was geboren. Mijn opus 1, met dank aan César.’
10. Ties
‘De week na onze eerste opnames in Osnabrück begon de chemotherapie van Ties. Martin besloot een week voor de opnames een stuk te schrijven en op te dragen aan Ties. Er was geen twijfel dat dit op het album moest komen. Ties Mellema: ‘Ik heb verschillende eigen cd’s gemaakt en als gast op cd’s van andere artiesten meegespeeld. Iedere cd die ik maakte is op de een of andere manier een kantelpunt in mijn leven en carrière. Dat is zeker het geval met mijn vriend Remy ’s nieuwe cd Tomorrow Eyes. Het is een album over hoop, nieuwe wegen en waarom we ’s ochtends opstaan. Na een aantal maanden van atypische klachten werd ik in de zomer van 2015 gediagnosticeerd met lymfoom. Alles bleek relatief nadat de diagnose gesteld was. I hoopte op een relatief onschuldige infectie en probeerde niet na te denken over een mogelijk agressieve kanker. Het bleek in het midden te liggen. Een kanker die in de meeste gevallen te genezen is met zware chemotherapie. Ik kreeg het nieuws een week voordat de opnamen begonnen. Ik heb de dokter gevraagd om een week uitstel zodat ik in Duitsland kon zijn voor de opname. Ik wilde er bij zijn om dit kantelpunt in mijn leven af te ronden. De sessies waren erg emotioneel, met hoogte- en dieptepunten. Remy en ik delen een zelfde idee over muziek. We willen beiden creëren en ons hart volgen, zelfs als dat betekend dat we onze ‘klassieke’ opleiding moeten loslaten. We hebben het er allebei moeilijk mee. Op dit album laat Remy alles los, en het markeert ook een beginpunt voor mij. Ik weet nog niet wat. Terwijl ik dit opschrijf begin ik aan de laatste fase van mijn chemotherapie. De belangrijkste boodschap van deze cd is hoe ik ’s ochtends op kan staan. Ik bereid mijzelf voor op nieuwe wegen.’
11. Refugee
‘Soms is mijn hoop totaal verdwenen. Met alles wat er nu in de wereld gebeurd is het haast onmogelijk om een vergezicht te hebben dat niet duister is. Er is zoveel herrie, iedereen roept zogenaamde waarheden, aan alle ruis is niet te ontkomen. Ik kan me alleen maar blijven afvragen waarom er nog grenzen zijn. In muziek, in de wereld. Ze dienen geen doel behalve dat ze ons verdelen. Tijdens een creatieve dip in de opnames in Osnabrück stelde Martin voor dat ik en Eric Vloeimans, mijn muzikale vriend met wie ik dit jaar veelvuldig tour, even gingen improviseren. Na een lange dag was mijn energie op en hoewel we er vol voor gingen, leek het niet te lukken. Ik besloot niet naar de takes te luisteren, ze leken me waardeloos. Twee maanden later was ik in Londen om een concert te geven en ik werd van het vliegveld gehaald door een Afghaanse taxichauffeur, die sinds tien jaar in het Verenigd Koninkrijk woonde. Vol van alle recente gebeurtenissen vroeg ik hem, hoe hij daarnaar keek, hoe het hem verging, hoe zijn familie zich voelde, wat hij voor oplossingen zag. En hoe hij de toekomst zag. Dankzij het dramatische Londense verkeer hadden we ruim twee uur de tijd. Zijn woorden maakten diepe indruk en ik zal het gesprek nooit vergeten. Die avond luisterde ik naar de ‘waardeloze’ impro-takes. Of het door de muziek kwam, of door de combinatie met de woorden van mijn Afghaanse chauffeur, ik weet het niet. Maar ik wist wat ik moest doen. Ik destilleerde uit de improvisatie een melodie, bedacht akkoorden en nam een week later het stuk op, dat in dit stuk wordt geflankeerd door de twee improvisaties alsof het zo bedoeld was. Een stuk vol melancholie en weemoed. Maar voor mij vooral vol hoop.’